Spring naar content

Eén toekomstbestendige visie voor alle kinderen

Robert Sänger is bestuurder bij Kober en in dienst sinds september 2022. Hij werkt sinds 2011 in de kinderopvang, aanvankelijk in de bedrijfsvoering maar zijn hart voor kinderen groeide. In zijn rol als maatschappelijk bestuurder strijdt hij voor gelijke kansen voor alle kinderen. En ziet hij graag dat politiek en partners van Kober samen de vraag beantwoorden: hoe willen wij kinderen laten opgroeien en hoe organiseren we dat zo goed mogelijk voor ouders en kinderen? Robert voorspelt de toekomst op basis van een stukje geschiedenis. 

Omgeving rondom het kind eensgezinder organiseren

Robert: ‘Toen ik in de bedrijfsvoering werkte, begreep ik al niet dat het zorgeloos laten opgroeien van kinderen zo versnipperd plaatsvindt in de maatschappij. In een systeem van kaders, muren, overdrachtsmomenten, verschillende visies en regels krijgt een kind dagelijks te maken met kinderopvang, school, sport, ouders en dat allemaal op verschillende plekken met andere mensen en regels. Ik denk dat we dat beter kunnen organiseren samen.’

Gelijke kansen voor elk kind

‘Daarnaast sport niet ieder kind of kan niet ieder kind na school naar een bso’, gaat Robert verder. ‘De kinderopvang is grotendeels ingericht op gezinnen met werkende ouders. Gelijke kansen voor kind

 

eren in de maatschappij ontbreken. Dat heeft met visie te maken en met de huidige financiering. Ouders betalen ons per uur voor de kinderopvang, naar de kinderopvang kunnen gaan is een financiële keuze. En dus is kinderopvang geen basisvoorziening in Nederland.’

Afhankelijkheid tussen kinderopvang en economie uitgelegd

‘In de periode 2011 – 2015 zagen we in Nederland dat kinderopvang afhankelijk is van hoe het met de economie gaat. Die periode kenmerkt zich door een recessie. Mensen raakten hun baan kwijt en konden geen werk vinden. Onze locaties ontvingen minder kinderen en bezuinigingen waren noodzakelijk. We moesten afscheid nemen van ervaren medewerkers. Die afhankelijkheid tussen kinderopvang en onze economie staat haaks op de beloftes die wij ouders willen bieden: voor ieder kind een plek en het waarborgen van kwaliteit. Liever zie ik dat kinderopvang een recht is voor elk kind, net zoals onderwijs. Als maatschappelijke kinderopvang streven wij hiernaar’, aldus Robert.

Waarom kinderopvang voor elk kind?

‘Er zijn redenen genoeg om kinderopvang toegankelijk te maken voor alle kinderen’, vertelt Robert enthousiast. ‘De ontwikkeling van een kind begint bij 0 jaar (en niet pas bij 4 jaar als het kind naar de basisschool gaat). In een ontwikkelrijke omgeving worden kinderen motorisch, sociaal en emotioneel uitgedaagd tijdens het spelen. Kinderen leren samenwerken, met elkaar omgaan, wat ze wel en niet leuk vinden. Hierdoor groeien ze zelfverzekerd en zelfbewust op. Een kinderopvang is een positieve omgeving waar een kind plezier heeft en zichzelf mag zijn. Voor sommige kinderen is het fijn om even niet thuis te zijn en voor ouders wordt zorgen en opvoeden relaxter als zij kunnen rekenen op de hulp van kinderopvang. Deze voordelen gun ik alle kinderen.’

Geef ouders en kinderen een makkelijke start

Robert: ‘Als iedere ouder kan rekenen op een plek voor hun kind op de kinderopvang, het liefst een plek waar kinderopvang, onderwijs en sport en cultuur samensmelten, wat zou er dan veranderen in onze maatschappij? Staan kantoorpanden dan nog steeds leeg op woensdag en vrijdag? Ik denk het niet. Met een uitbreiding in het geboorteverlof en een goed ingerichte basisvoorziening voor kinderen van 0 tot 13 jaar krijgen kinderen en ouders een betere start. Gelukkig is er steeds meer bewustzijn in onze samenleving dat kinderopvang een basisrecht hoort te zijn voor alle kinderen.’

Kinderopvang als basisrecht voor alle kinderen

‘De plannen van gratis kinderopvang voor werkenden juich ik, als eerste stap, toe’, zegt Robert. ‘Vraagstukken rondom huisvesting, personeel, de samenwerking met onderwijs, gemeenten, onze wettelijke kaders, bekijken wij met onze partners. Lange processen maar geen onmogelijke, zolang we het belang van kinderen en ouders in gedachten houden. Binnen 10 jaar zie ik onderwijs en kinderopvang op het merendeel van de plekken vergroeid en verenigd. Echt samen, onder één dak voor kinderen van 0 tot 13 jaar. Dichtbij huis, als verlengstuk van het gezin en voor elk kind in de maatschappij een plek. Eindelijk gelijke kansen voor ieder kind.’